Nieuws
Rhinopneumonie: Moet ik mijn paard laten enten?
Het houdt de gemoederen in de paardenwereld flink bezig: rhinopneumonie. De laatste tijd zijn er verschillende uitbraken van dit virus geweest en er vielen daarbij meerdere slachtoffers. Wat houdt het rhinovirus precies in en als paardenliefhebber wil je natuurlijk vooral weten: loopt mijn paard gevaar en moet ik mijn paard laten enten?
Volgens dierenarts Maarten van Dijck van Dierenartsenpraktijk Horst is er geen reden tot paniek. ,,Rhino sluimert altijd. De ademhalingsvorm, waarbij de paarden hoesten en koorts hebben, komt het meeste voor.” Je kunt volgens Maarten van Dijck maatregelen nemen door de paarden te enten. Dit kan niet tegen de gevreesde neurologische vorm, maar deze variant komt niet vaak voor.
Rhinovirus
Rhinopneumonie behoort tot de groep van de herpesvirussen. Deze virussen zijn niet alleen berucht bij dieren, maar ook bij de mens. Na besmetting met het herpes simplexvirus ontstaat de koortslip, waarschijnlijk de meeste bekende vorm bij mensen. Je lichaam maakt wel afweerstoffen, maar de weerstand is niet hoog genoeg om het virus te laten verdwijnen. De koortslip verdwijnt, maar wanneer de weerstand van het lichaam wat lager is, speelt het virus weer op en komt de koortslip terug. Doordat je lichaam het virus niet meer definitief kan verwijderen, ben je drager geworden. Je kunt hierdoor steeds weer last krijgen en je kunt anderen besmetten. Als je eenmaal een infectie met een herpesvirus hebt gehad, is de kans vrij groot dat je drager bent. Dat geldt ook voor paarden. Volgens specialisten op het gebied van rhino bij het paard, zou dat in 70 tot 80 procent van de gevallen zo zijn.
Besmettelijk
Van het rhinovirus wordt aangenomen dat er bij een afstand van enige meters al geen besmetting meer mogelijk is. Natuurlijk geldt dit niet voor spullen die je meeneemt. Als je bijvoorbeeld snot van een besmet paard op je handschoen hebt, kun je het virus overbrengen op een gezond paard wanneer je het met diezelfde handschoen aait. Wat nou als je wedstrijd hebt, maar het virus in de buurt heerst? ,,Als er op een paar kilometer afstand van je stal een uitbraak is, is er geen directe aanleiding om niet op wedstrijd te gaan”, zegt van Dijck. ,,Rhino verspreidt zich niet, zoals influenza, via de lucht.”
"Het belangrijkste is volgens van Dijck dat zieke dieren goed afgezonderd worden en geen contact hebben met gezonde paarden"
Paarden en ezels zijn heel gevoelig voor het rhinovirus. Wanneer er geen antilichamen zijn, hebben ze weinig smetstof nodig om ziek te worden. Of een paard daadwerkelijk geïnfecteerd wordt, hangt af van de hoeveelheid smetstof (infectiedruk) waarmee het in aanraking komt en hoeveel antilichamen (afweer) het paard heeft. Bij een kleine afweer en grote infectiedruk wordt het paard zeer waarschijnlijk ziek.
Virus raast door een stal
In tegenstelling tot wat vaak gevreesd wordt, raast een infectie niet door een streek, maar door een stal. De infectie heeft een incubatietijd van vijf tot twaalf dagen. Daarna wordt een paard ziek. Hij traant uit zijn ogen, heeft neusuitvloeiing en een beetje verhoging tot hevige koorts. Soms valt het nauwelijks op. Het meest gevreesd is de neurologische vorm. Hierbij kan het paard door aantasting van het ruggenmerg verlamd raken. Elk jaar is er helaas wel ergens een uitbraak van de neurologischevorm van rhinopneumonie, maar deze blijft gelukkig beperkt tot de betreffende stal of paarden die een direct contact hebben gehad met een ziek paard.
Dit betekent dan ook dat gedurende de periode dat het virus verspreid wordt door een ziek dier het vermijden van contacten met deze dieren het belangrijkste middel is om de ziekte te voorkomen.
Moet ik mijn paard enten?
Tegen het rhinopneumonievirus bestaan entingen. Het probleem is alleen dat een herpesvirus het lichaam niet erg stimuleert tot het maken van antilichamen. De weerstand na een enting is dan ook niet zo hoog en zakt naarmate de tijd verstrijkt redelijk snel. Een geënt paard dat met een flinke hoeveelheid virus wordt besmet, maakt een maand of twee na de enting toch weer de ziekte door. Daarom moet je volgens van Dijck altijd álle paarden op stal enten. Als je dat minstens twee keer per jaar doet, wordt de kans op verspreiding van een infectie een stuk minder groot. Bij dragers wordt het virus dan minder snel uitgescheiden. Het eventuele kleine beetje virus dat vrijkomt, geeft - door de dieren die wél weerstand hebben - geen aanleiding om een infectie te veroorzaken.
Bescherming tegen rhino na vaccinatie treedt pas op na 3-4 weken, verder zal de vaccinatie zoals bij elke vaccinatie in eerste instantie een “dip” in de weerstand geven, waardoor paarden in eerste instantie juist gevoeliger voor infecties zijn.
Lees meer